Vervolg
wat Ricky en wij als gezin tot nu toe hebben meegemaakt:

5 jaar en 7 maanden geleden kwamen we erachter dat Ricky neuroblastoom fase 4 had (met uitzaaiingen). Het was op 28 februari 2006. We herinneren het ons als de dag van gisteren. Het was op de opening van een Italiaans restaurant van een vriend van ons. Ricky had de week ervoor last van een verkrampte nek, waardoor hij zijn hoofd niet meer recht kon houden. Na een bezoek aan de arts was zijn nek en hoofd weer redelijk in positie. De feestelijke opening veranderde in een nachtmerrie toen oma belde dat Ricky huilde van de pijn in zijn rug en nek. Onmiddellijk gingen wij naar het Kinderziekenhuis in Den Haag. Daar bleek na grondig onderzoek dat Ricky deze verschrikkelijke vorm van kanker had, neuroblastoom fase 4.

Het zat door heel zijn lichaam. Onze wereld stortte in en we waren ten einde raad. Maar we moesten ons vermannen en hadden het besef dat we onze schouders eronder moesten zetten en de strijd met deze ziekte aan moesten gaan. En dat deden we.

Na een jaar van chemotherapieën, diverse bestralingstherapieën en een zware operatie werd een tumor van bijna een halve kilo bij Ricky verwijdert. Helaas was hij nog steeds niet schoon. We kregen van de artsen te horen dat ze Ricky niet konden genezen. Boos van radeloosheid en onmacht verlieten we het ziekenhuis. We besloten om verder te kijken dan alleen ziekenhuizen. Als eerste bezochten we een genezer in Barcelona. Daarna reisden we af naar de Healingschool van Christ Ambassy in Johannesburg, Zuid Afrika. Daar ontmoette we andere lotgenoten met een levensbedreigende ziekten en konden we kracht putten uit saamhorigheid. Daar hebben we tevens geleerd te geloven in je eigen kracht. Dat er altijd hoop is als je er maar in blijft geloven. En dat deden Ricky en wij dus ook!

Helaas bleek bij controle in het ziekenhuis, dat er nog weinig veranderd was. De arts van Ricky adviseerde een nieuw type chemotherapie toe te passen. Deze chemotherapie was in een studiefase. Uiteraard gaven wij onze toestemming hiervoor. Ricky onderging 7 maanden lang zeer zware chemokuren. Helaas bleek bij de scan dat Ricky nog niet 'schoon' was. Het was niet erger geworden maar ook niet minder. We waren radeloos. Moesten we stoppen?

Ricky 's kleine lichaam had heftige klappen gekregen. We waren 2,5 jaar verder en nog steeds geen voortuitgang. Maar Ricky wilde doorvechten en wij ook. De artsen hadden nog een chemotherapie in combinatie met nieuwe medicijnen waar Ricky voor in aanmerking kwam. Deze wilde ze proberen, maar ze konden geen enkele zekerheid geven dat de neuroblastoom hiermee wél zou verdwijnen. We startte met deze behandeling en na 3 kuren werd een eerste scan gemaakt. Voor het eerst in 4 jaar werd duidelijk dat deze therapie had aangeslagen. We hadden weer moed en na 10 kuren bleek dat de kanker significant minder was geworden. Op de scan zagen de artsen alleen nog kleine plekken in het bekken van Ricky. Omdat er alleen nog tumorplekken in het bekken waarneembaar waren besloten de artsen, in overleg met Ricky en ons, om deze met een hoge dosis te bestralen gevolgd door wederom een hoge dosis chemo en teruggave van zijn eerder geoogste stamcellen. Dit gebeurde in december 2010.

Voor Ricky was dit een loodzware therapie, waarvoor hij in quarantaine moest. Gelukkig mocht hij met oud en nieuw een paar uurtjes mee naar huis.

Maar ons geluk was van korte duur, want bij de laatste scan in februari en maart, bleek dat de neuroblastoom toch weer de kop had opgestoken en dat de kanker op diverse plekken in Ricky's lichaam terug is.

Nu zijn we 6 jaar verder, heeft hoop en het doorzettingsvermogen van Ricky ons op de been gehouden, maar is het nu NOODZAKELIJK dat hij zo snel mogelijk naar Philadelphia gaat. Om daar vervolgens de speciale 10 maanden durende immunotherapie voor neuroblastoom-patiëntjes te ondergaan en zo de ziekte definitief te bestrijden.